Na de Tweede Wereldoorlog werd in gans West-Europa een zogenaamde sociaal gecorrigeerde markteconomie gecreëerd op basis van geïnstitutionaliseerd overleg tussen werkgevers en werknemers, met de mogelijkheid tot bindende afspraken. Bekroning werd de geboorte van het sociale zekerheidsstelsel in 1948. Eén van de belangrijkste drijvende krachten hierachter was de angst voort het communisme dat in Centraal- en Oost-Europa aan de macht was gekomen na de bevrijding door het zegevierende Rode Leger maar ook de populariteit in […]
Lees verder ...Label: reformisme
Binnenkort verkrijgbaar bij Zannekinbond: ‘Wat te doen?’ van V.I. Lenin
In zijn fundamentele werk Wat te Doen? uit 1902 trekt Lenin stevig van leer tegen het “economisme”: de reformistische strekking binnen de Russische sociaaldemocratische partij. Het Russische economisme sloot aan bij het reformisme van de Duitser Eduard Bernstein, die de dialectiek van Hegel en het democratisch centralisme van Robespierre als basis voor het marxisme wou vervangen door de categorische imperatief van Kant. De economisten beschouwden andere marxisten, zoals Lenin, als dogmatisch en legden de nadruk […]
Lees verder ...Rechts en links, sinds 1989 de twee armen van het neoliberale monster
Diego Fusaro Zowel ter rechterzijde als ter linkerzijde was men door kortzichtigheid of kwade trouw niet in staat de werkelijke historische betekenis van 1989 te begrijpen als de triomf van het Amerikaanse kapitalisme over alle vormen van cultureel, politiek en economisch verzet. In de tweede helft van de twintigste eeuw werd het zogenaamde “neofascisme” grotendeels geconfigureerd als een middel tot serviele Atlanticistische en anti-Sovjet normalisatie, functioneel voor het opgeven van elk anti-imperialistisch verzet en de […]
Lees verder ...