Revolutionair Eenheidsfront

Inleiding door Zannekinbond

De Vlaamse Clarté-groep nam in haar korte bestaan als politiek-culturele avant-garde een positie in waarin naar een verzoening gestreefd werd tussen enerzijds een internationalistische en communistische stellingname en anderzijds een Vlaams-nationaal engagement. Daarin kreeg de Vlaamse strijd een uitgesproken revolutionair, sociaal en antikapitalistisch karakter. De Belgische staat was de belichaming van het militarisme en kapitalisme, gedragen door een Franstalige bourgeoisie waartegen men een “revolutionair eenheidsfront” trachtte op te werpen. De Clartéisten streefden naar een eenheid tussen politiek bewuste en geëngageerde Vlaamse frontsoldaten, communisten, anarchisten en wat men “minderheidssocialisten” noemt. Het citaat aan het begin van de onderstaande oproep tot eenheidsfront geeft de basisgedachte van de Vlaamse Clarté-groepen weer. In haar korte bestaan gaf Clarté in Vlaanderen twee periodieke publicaties uit, ‘Ca Ira’ en ‘Opstanding’.

‘Opstanding’ (Bron: ADVN)



Revolutionair Eenheidsfront

Bron: ‘Opstanding’, 7 september 1920 (*)

“De onderdrukking van het Vlaamse Volk is slechts een onderdeel van de internationale overheersing van de grote klasse der bezitlozen ten behoeve van de grootkapitalisten en imperialisten.”

 De vrees voor de revolutie heeft de toenadering tussen al de reactionaire elementen in ons land niet weinig bevorderd. Reeds tijdens den oorlog had de sociaal-patriottische meerderheid van de B.W.P. partij gekozen voor het imperialisme en het zal geen twee jaar meer duren of haar laatste gezonde elementen tot de overtuiging zullen komen dat een verder samengaan met een Hubin of een Piérard niet langer meer mogelijk is voor eerlijke socialisten.

Ook de zogenaamde Vlaamse minimalisten hebben definitief afgebroken met de staatsgevaarlijke groepen. Na de rede van staatsminister Helleputte te Turnhout uitgesproken, waarin deze in tegenwoordigheid van Dosfel z’n verdediger, zijn katholieke vriend verloochende is alle twijfel hieromtrent weggenomen. Om hun taalwetje door te krijgen – deze zal door de senaat verminkt en door de Brusselse bureelratten geboycot worden – hebben de Verbonders een koopje gesloten met de regering: in ruil voor de wet op de bestuurstaal en de ontdubbeling van de Gentse hogeschool zullen de bourgeois flaminganten optreden als kampioenen der Belgische eenheidsgedachte en aan hun verzet tegen het Frans-Belgisch militaire verbond hoogstens een zuiver platonisch karakter geven…

Tegenover deze driekleur staan: fronters, communisten, anarchisten en minderheidssocialisten. Van samenwerking tussen al deze groeperingen is tot hiertoe weinig te bespeuren geweest en in den schoot van Clarté – waar allen thuishoren – hebben wij reeds meermaals ondervonden hoezeer Darwin gelijk had, toen hij er op wees, dat de meest verwante groepen elkander het hevigst bestrijden!

Wij blijven echter geloven, dat het vormen van een revolutionair eenheidsfront, hoezeer wij daarvan nog verwijderd zijn, niet tot het onmogelijke behoort. Ja, wij zijn zelfs overtuigd, dat de omstandigheden al de radicale elementen dwingen zullen blok te vormen. Dit zal natuurlijk niet op een dag geschieden en mag vooral geen afbreuk doen aan de bewegingsvrijheid van elke richting.

Wij behoren niet tot degenen die menen dat men een revolutie improviseert, zulk gebrek aan politiek inzicht vindt men alleen bij de Belgische machthebbers die de omwenteling “besteld” hadden tegen den 15den Oogst – en weten trouwens nog niet welke rol het geweld hier zal spelen bij de verovering van de politieke macht door het proletariaat. Een ding weten wij nochtans zeer goed: meer dan elders zullen hier de buitenlandse gebeurtenissen een beslissende invloed hebben op den gang der zaken zodat wij ons van nu af aan op elke eventualiteit moeten voorbereiden en wij ons door de feiten niet laten verrassen. Immers kan niemand met zekerheid zeggen of wij binnen 6 maanden of binnen 6 jaar de gelegenheid zullen hebben een einde te maken aan de huidige bourgeois-dictatuur en aan de ongeduldigen zij herinnerd dat 10 jaar een nietigheid zijn in de geschiedenis van de wereld.

In een land zoals het onze waar het nationaliteitenvraagstuk het ganse politieke leven beheerst, is een gemeenschappelijke actie niet denkbaar zonder dat over deze levenskwestie eenzelfde standpunt door al de revolutionairen worden ingenomen.

Welnu meer en meer ruimt zich in al de radicale kringen de gedachte baan dat het Belgisch centralisme de sterkste steunpilaar is van het Belgisch kapitalisme. Daar ligt het zwakke punt der Belgische bourgeoisie. Wie daaraan mocht twijfelen hoeft zich maar af te vragen waarom al deze reactionairen zozeer gesteld zijn op het behoud van “l’unité nationale”. Hun houding wordt hierin ingegeven door hun klasse-instinct. Wat de sociaal-patriotten betreft, dezen blijven geheel in hun rol van wachthonden van het kapitalisme, wanneer zij het Belgisch unitarisme met zoveel geestdrift aankleven.

In een zelfstandig Vlaanderen zou de nationaliteitenstrijd het karakter verkrijgen van een zuivere klassenstrijd tussen de Vlaamssprekende bezitlozen en de Franssprekende heerserkaste. Alle Waalse medezeggenschap in Vlaamse aangelegenheden uitgesloten zijnde, zou het Vlaams-Waals antagonisme, – met andere woorden de nationalistische factor in de Vlaamse beweging – uitgeschakeld worden.

Wij zien dus dat zelfs in geval het invoeren van het federalisme niet gepaard zou gaan met de sociale revolutie – het moet ons doel zijn om beiden te doen samenvallen – wij toch een zelfstandig Vlaanderen boven een geünifieerd België moeten verkiezen. Ons heel kapitalistisch regiem is immers gegrondvest op het unitarisme en, gesteld dat wij later voor een Vlaams kapitalisme komen te staan, dan zal dit laatste veel zwakker zijn dan zijn voorganger.

Het argument vroeger door Kamiel Huysmans gebruikt om de scheiding te bestrijden, nl. het gevaar dat Vlaanderen, eenmaal het los zou komen van Wallonië, weer geheel onder den domper zou raken, gaat niet meer op. Weliswaar is Vlaanderen naar onze zin nog veel te reactionair, doch Wallonië is het nog veel meer, en tal van Vlaams gezinde katholieken voelen duizendmaal meer revolutionair dan zekere Waalse imperialistische socialisten.

Daarom staan wij radicaal tegenover de opvatting van zekere dogmatische communisten die in hun orgaan ‘L ‘Ouvrier Communiste’ een kleingeestige veldtocht voeren tegen elke Vlaamse actie. Wij herinneren aan deze vrienden dat ook de bolsjevisten van mening zijn dat de revolutionaire tactiek rekening moet houden met de omstandigheden waarin de verschillende landen verkeren. Zij classificeren zelfs de verschillende staten in vier categorieën:
A. – Rusland waar het communisme reeds een begin van toepassing heeft gekregen;
B. – De Centrale landen en de Balkanstaten waar het kapitalisme nog overheersend is doch zeer verzwakt;
C. – West-Europa en Amerika waar het kapitalisme ten gevolge van de overwinning sterker is dan de landen van de tweede categorie;
D. – De landen waar er een nationaliteitskwestie bestaat.

In deze laatste landen – waarbij België toch ook wel behoort – moeten volgens de leiders van Sovjet-Rusland de revolutionairen gebruik maken van de nationaliteitenstrijd om de bewustwording van de massa te bewerken.

Dat is dus helemaal wat anders dan te komen vertellen dat: ‘Toutes les tendances et aspirations qui se manifestent en Flandre sont essentiellement nourries de l’idéologie bourgeoise et sont par conséquent idiotement criminelles. “(‘L’Ouvrier Communiste’ van 15 augustus.)

Wij betreuren ten zeerste zulke uitlatingen te vinden in het ‘organe de la fédération communiste de Wallonie’ en zouden eens gaarne weten wat de Vlaamse communisten hierover denken. Hierin zijn wij trouwens vrij gerust, want wij weten te goed dat de communistische partij in Vlaanderen Vlaamsgezind zal zijn of niet zal zijn!

Beginselvast is zeer goed, doch blinde dogmatiek is zeer gevaarlijk.


 En als besluit zeggen wij: Een revolutionair eenheidsfront komt zeker, daar zorgt in de eerste plaats de reactie zelf wel voor. Ook de Vlaamse Clartéisten, die als zodanig geen bepaalde “partij” vormen, hopen wel veel te kennen doen om de noodzakelijke concentratie van alle revolutionaire elementen spoedig te bewerkstelligen.

(*) Eindnoot: de spelling van sommige woorden werd enigszins aangepast naar het huidige Nederlands om de leesbaarheid van het historisch document te verhogen (Zannekinbond-redactie).